Volgende tekst schreef ik als dankwoord ter gelegenheid van mijn diakenwijding op 11 februari 2018 in de Sint-Romboutskathedraal te Mechelen.
Beste mensen,
Een dankwoord loopt altijd het risico te verworden tot een litanie, met het gevaar bovendien dat mensen die dankbaarheid meer dan waard zijn, onterecht over het hoofd worden gezien. We worden als mensen ons leven lang immers gedragen door zovele handen.
Een paar handen bracht mij ter wereld, andere handen wiegden mij, doopten mij, koesterden mij. En nog andere handen sluiten zich rond de mijne, helpen mij en troosten mij. Weer andere handen zullen mij verzorgen als ik oud geworden ben en een laatste paar handen legt mij ooit in het graf.
Toch wil ik een aantal van die handen, en de mensen tot wie ze behoren, hier vandaag heel bijzonder danken - zonder alle andere te vergeten.
Vooreerst dank ik mgr De Kesel, dat hij mij de handen heeft opgelegd en dat hij is voorgegaan in deze viering. Eminentie, ik ben dankbaar hiervoor en voor uw mee leven met mij en mijn gezin.
Ik dank met dezelfde hartelijkheid de concelebranten en mijn diaken-broeders hier aanwezig. Dank voor uw gebed en warme steun.
Heel in het bijzonder wil ik diaken Rob bedanken, die vandaag de viering mee opluisterde. Rob, onze wegen kruisten ooit ten huize van kardinaal Danneels, toen de dieren nog spraken. Elkaar leren kennen deden we pas veel later, in de diakenopleiding. Een opleiding waar we beiden grote rijkdom mochten ontvangen - niet in het minst onze diepe vriendschap en broederschap, tot op vandaag.
En als we het dan toch over de opleiding hebben: dat traject is werkelijk een geschenk voor onze Kerk en voor iedere gelovige die verantwoord wil getuigen en, wie weet, de Geest voelt trekken. Kristof, Tim, Steven, Bart, Christine en ook Hilde. Dank u dat ge het zo lang met mij hebt uitgehouden. Vandaag laat ik u los. Wees verlost.
En wat zou deze viering geweest zijn, beste mensen, zonder de Taizémuziek die me zo dierbaar is en die de soundtrack vormt van mijn geloofsleven? Enorme waardering en dank daarom aan de mensen daar aan mijn linkerzijde: Gisela, de leden van het gelegenheidskoor en de instrumentalisten. We zijn de voorbije maanden samen een weg gegaan waarin we muzikaal, maar ook als mensen naar elkaar zijn toegegroeid. Met een prachtig resultaat (applaus).
Ik dank ook Jef en Karel, die in de gevangenis aan de Antwerpse Begijnenstraat mij bevrijd hebben van selectieve doofheid voor het leed van mensen.
Verder wil ik vier mensen bedanken, die eenzelfde naam delen. Namelijk “Rik” of “Eric”:
Eric Haelvoet, met wie ik ooit in 1994 voor het eerst mee naar Taizé ging en die vandaag mijn spiritueel begeleider is - dank u, Eric: in u krijgt Joannes Don Bosco voor mij een herkenbaar gelaat
Rik Van den Bossche, ook hier aanwezig, in wiens parochiekerk ik de eerste stapjes in de liturgie mocht zetten - en die mij de belangrijke levensles leerde dat herderschap niet in een diploma te vatten is, maar in nabijheid bij mensen
Hendrik Smets, meester Smets voor half Bonheiden, mijn grootvader die samen met mijn ouders mij gevormd heeft tot wie ikvandaag ben - hij is dit jaar 20 jaar overleden, ik mis hem nog steeds
Rik Van Hauwe, priester van de Heilige Geestkapel in Rijmenam, die mij mee op weg gezet heeft naar deze dag - en die ik vandaag hier heel aanwezig weet, al deelt ook hij alweer meer dan twee jaar in het verhoogde leven
En het beste laten we natuurlijk voor op het einde: ik wil heel nadrukkelijk mijn gezin bedanken. Mijn lieve en knappe vrouw Cindy, die mij niet alleen doorheen de voorbije jaren op deze weg voluit gesteund heeft, maar die bovendien een deel van de weg samen met mij heeft afgelegd: de theologische opleiding aan het HIGW hebben we beiden voltooid. We hebben samen geblokt. Ze had bij momenten ook betere punten dan ik. Dank u, lieve bollie, voor het geschenk dat jij voor mij bent. En ik wil ook mijn dochtertje Eleonore niet vergeten: vorig jaar gedoopt en de laatste weken erg begaan met wat er met haar papa te gebeuren stond in die grote kerk in Mechelen. Ik heb het al vaak gezegd en ik herhaal het graag hier vandaag: mijn diaconaat vindt wortel en draagt vrucht vanuit de thuiskerk die mijn gezin is. Dat was gisteren zo, is vandaag zo en zal ook morgen zo zijn.
Laten we er niet flauw over doen, beste mensen. De Vlaamse Kerk doorleeft vandaag de dag een crisis. Maar laat het woord “crisis” nu ook “kans” betekenen. Precies in dit tijdsgewricht krijgen wij als kerkgemeenschap inderdaad een unieke kans. Een kans om belering achter ons te laten en in te zetten op beleving. Een kans om autoriteit te laten groeien uit authenticiteit. Een kans ook om, met de woorden van onze paus, naar de grenzen van de samenleving te gaan en aandacht te hebben voor kleine mensen overal. Voor die kans ben ik dankbaar. Ik zet er me graag voor in.
Ik dank u allen. Omdat ge hier zijt. Omdat jullie handen mij dragen.
U weet het misschien, het is vandaag ook een kerkelijke feestdag. En nog wel een Maria-dag: we vieren OLV van Lourdes. Het is dan ook passend dat ik hier mag besluiten met de uitroep van Maria, die mijn gevoel vandaag zo mooi in één woord samenvat: loven en prijzen wil mijn ziel de Heer - Magnificat.